Welke woonstijlen zijn er?

Iedereen heeft natuurlijk zijn eigen (woon)stijl. Maar bij de inrichting van je huis is het soms handig om te weten naar welke bekende woonstijl jouw voorkeur uitgaat. Daarom hebben we kort de kenmerken van de diverse woonstijlen voor je uitgeschreven. 

Industrieel/ soft loft: de industriële stijl is van origine strak, met veel grijs (geen andere kleuren). Beton, staal, ruwe muren (geen behang) horen bij deze stijl. De soft loft stijl is een doorontwikkeling van deze stijl met zachte invloeden van pasteltinten en zachtere materialen. 

Scandinavisch - Nordic living: licht en rustig wonen met veel white- en grey-wash en (licht!) natuurlijk hout, schapenvachten. Strakke lijnen en minimalisme, maar woongemak staat voorop. 

Bohemian (‘70): deze stijl wordt ook wel Ibiza stijl of wereldse stijl genoemd. Kleuren mogen, maar moeten niet. Aparte vondsten, een zomers jurkje op een hanger, een opvallende bank of stoel. Vintage mag, lekker veel planten, rotan, riet en hout. 

Retro (‘60) vintage (‘70): cognac kleur leer, okergeel, diep mosgroen, zeegroen of jadegroen. Tweedehands meubels. Zowel harde materialen als zwart staal en glas kunnen, maar worden aangevuld met zachte natuurlijke elementen zoals leer en hout.

Landelijk - Romantisch - New romance: knus en gezellig met rustige, lichte kleuren, meubels met ornamenten, hout, linnen, katoen, kaarsen, kleedjes en kussens. Geen metalen. Met heel veel wit, wordt dit de brocante stijl, met witte kanten gordijnen en kleedjes (waar wit staal wel mag, bijvoorbeeld een spijlenbed/bank).

Shabby chic: lijkt op de landelijke woonstijl of Brocante. Licht gebeitst hout, smeedijzer en rustige kleuren. Landelijk met klassieke, antieke invloeden, maar dan zijn de materialen veel ‘geleefder’ met half kaal getrokken hout en gepatineerde meubels.

Klassieke woonstijl: deze stijl heeft kenmerkende barokke invloeden met ornamenten. Deze mogen zowel in dessins als in de meubels en materialen terugkomen. Vorstelijk luxe chique, met symmetrie. Kandelaars, spiegels, sierlijsten, fluweel, messing, marmer. Kleur mag.

Urban Modern/ Urban Jungle/ Urban Glam:
In de urban stijl zijn er variaties op een thema. Urban is stads, en mag wat voller. Stijlen worden gemixt, industrieel (zwarte stalen kasten) gaat samen met vintage meubels. Kleur mag uitbundig toegepast. Bij de Jungle look domineren de planten(motieven), bij Glam de grafische dessins, en bij Modern de industriële invloeden.

Basic - minimalistisch: weinig poespas of meubels, natuurlijke materialen en ronde vormen, met vintage items. Linnen, wol, riet en een lichtgrijze of whitewash vloer. Geen drukke dessins maar uni’s.

Mid Century Modern: na WOII tot 1996 populair. Een combinatie van vintage en modern. Veel hout (alle houtsoorten mogen) met minimaal één steunkleur en goud. Overwegend licht, dus veel witte vlakken.

Moderne woonstijl: strakke, rechte lijnen en vormen kenmerken deze stijl. Minimalisme met kleur waar gewenst maar het blijft rustig. Harde materialen mogen, zoals glas, staal, steen en gelakte hoogglans oppervlakken. 

Design: strak en simpel, met uiteraard tijdloze design meubels en -accessoires. Deze stijl verschilt per land. Zo heb je Italiaanse design, Nederlands-, Zweeds- en meer. Kunststof, keramiek en glas zie je veel terug. Lichte kleuren, zwart wit mag.

De lijst is niet uitputtend, maar de kunst is juist om je eigen persoonlijke stempel te drukken op jouw interieur.